Voetgangers zijn geen bestuurders, maar ze zijn wel weggebruikers. Daarom gelden er voor voetgangers zeker wel verkeersregels. Wanneer geef je voetgangers voorrang en wanneer juist niet? We hebben een overzicht voor je gemaakt.
Voetgangers zijn geen bestuurders. Bij een kruispunt zonder oversteekplaats zijn bestuurders daarom niet verplicht om voetgangers voor te laten gaan. Als de voetgangers bij een zebrapad staan om over te steken, moeten ze wel voorrang krijgen. Blinden en slechtzienden met een blindengeleidestok moeten wel altijd voorrang krijgen op een kruispunt. Ook voor personen die zich moeilijk voortbewegen geldt dat ze altijd voorrang moeten krijgen.
Sta je op een gelijkwaardig kruispunt en is er geen zebrapad? Dan hoef je voetgangers dus geen voorrang te verlenen, behalve in de uitzonderingsgevallen. Ook voetgangers die van rechts komen, zullen jou voorrang moeten geven, net zoals voetgangers op een verharde weg terwijl jij van een onverharde weg komt. Zelfs bij een stopbord hoef je een voetganger in principe geen voorrang te verlenen.
Wil jij afslaan op een weg en gaat er een voetganger op dezelfde weg rechtdoor? Dan moet je deze voetganger wel voorrang verlenen. De regel ‘rechtdoor op dezelfde weg gaat voor’ geldt ook voor voetgangers.
Bij haaientanden moet je voorrang verlenen aan bestuurders op de kruisende weg. Het woordje ‘bestuurders’ is hierbij erg belangrijk als je het over voorrang aan voetgangers hebt. Voetgangers worden namelijk niet bestempeld als bestuurders in het verkeer. Daarom hoef je bij haaientanden geen voorrang te verlenen aan voetgangers.
Lopen de voetgangers over een zebrapad of heb je te maken met blinden of slechtzienden voetgangers of voetgangers die zich moeilijk voortbewegen? Dan moet je wel voorrang verlenen.
Vaak wordt gedacht dat op een woonerf speciale voorrangsregels gelden. Dat is echter niet het geval. Op een woonerf gelden de normale voorrangsregels. Let er wel op dat op een woonerf voetgangers de volledige breedte van de weg gebruiken. Ook is de kans groot dat je fietsers of spelende kinderen tegenkomt. Houd je daarom aan de maximumsnelheid en let extra goed op.
Kom je vanuit een uitrit? Dan moet je voetgangers binnen het erf wel voor laten gaan. Het verlaten van een uitrit is een bijzondere manoeuvre. Bij alle bijzondere manoeuvres heeft het overige verkeer (en dus ook voetgangers) voorrang.
Op een rotonde worden de voorrangsregels in de meeste gevallen aangegeven door middel van verkeersborden en -tekens. Haaientanden en zebrapaden maken meestal duidelijk hoe de voorrangsregels op de rotonde geregeld zijn. Is er een zebrapad? Dan moeten voetgangers altijd voorrang krijgen.
Is er geen zebrapad aanwezig bij de rotonde? Dan maakt het uit of de bestuurder de rotonde wil oprijden of juist wil verlaten. Wil de bestuurder de rotonde oprijden? Dan moet de voetganger de bestuurder voorrang verlenen. Wil de bestuurder de rotonde verlaten, terwijl de voetganger op de rotonde blijft? Dan moet de bestuurder juist voorrang verlenen aan de voetganger.
Het onthouden van alle verschillende voorrangsregels voor voetgangers is best lastig. Daarom hebben we een paar handige trucjes en ezelsbruggetjes voor je verzameld.
