Onderweg kom je regelmatig doorgetrokken strepen tegen op de weg. Wat betekent zo’n doorgetrokken streep? En wat zijn die kleine onderbrekingen tussen de doorgetrokken streep? We leggen het je uit.
Op de weg kom je onderbroken en doorgetrokken witte strepen tegen. Een onderbroken streep op de weg geeft aan dat je op die weg van rijbaan mag wisselen of mag inhalen. Onderbroken strepen kunnen verschillende lengtes hebben en de afstand tussen de strepen kan verschillen. De betekenis van de strepen is echter allemaal hetzelfde. Je mag bij een onderbroken streep altijd van je rijbaan afwijken om in te halen of om van rijbaan te wisselen. Over je snelheid zegt een onderbroken streep niets.
Een doorgetrokken witte streep op de weg is het tegenovergestelde van een onderbroken witte streep. Bij een doorgetrokken witte streep mag je niet inhalen of van rijbaan wisselen. Je bent verplicht om op je eigen rijbaan door te rijden. Je vindt dit soort doorgetrokken strepen op het midden van de weg.
In bepaalde uitzonderingssituaties mag je wel over een doorgetrokken streep heen. Zo mag je wel over een doorgetrokken kantstreep heen als je in de berm wil parkeren of als je een vluchthaven in wilt rijden. Ook mogen bestuurders op een fietsstrook over een doorgetrokken streep naast het fietspad als ze iemand in willen halen.
Als je goed oplet, zul je zien dat doorgetrokken strepen vaak kleine onderbrekingen hebben. Deze onderbrekingen zijn aangebracht om regenwater beter af te voeren. Ze hebben geen invloed op de betekenis van de doorgetrokken streep. De onderbrekingen zijn vaak zo klein dat ze je in eerste instantie niet eens opvallen. Het verschil tussen een doorgetrokken streep met kleine onderbrekingen en een onderbroken streep is altijd duidelijk zichtbaar.
Regelmatig krijg je te maken met een dubbele streep op de weg. Dit kunnen twee onderbroken strepen, twee doorgetrokken strepen of een combinatie van een doorgetrokken en een onderbroken streep zijn. Deze strepen in het midden van de weg gelden voor beide rijbanen. Daarbij geldt de streep aan jouw kant van de weg voor jou.
Hierdoor kan het zijn dat bestuurders aan op de ene rijbaan wel over de streep heen mogen, terwijl bestuurders op de aangrenzende rijbaan niet van rijbaan mogen wisselen. Dit zie je soms bij invoegstroken op de snelweg of bij in- en uitritten. Let daarom altijd goed op welke streep er voor jouw rijbaan geldt.
Op sommige wegen worden dubbele witte (doorgetrokken of onderbroken) strepen gecombineerd met een gekleurde streep. Die gekleurde streep zegt dan iets over de snelheid die je op die weg mag rijden. Op wegen met een groene streep geldt een maximaal toegestane snelheid van 100 km/u. Op wegen met een paarse streep mag je maximaal 60 km/u rijden. Op een weg met dubbele strepen in het midden zonder gekleurde streep ertussen mag je maximaal 80 km/u rijden. Let daarnaast altijd goed op de verkeersborden. De snelheid op de borden is altijd leidend.
